Hoewel er ondertussen gelukkig al heel wat lekkere alternatieven zijn voor alcohol, is ‘verplicht’ niks drinken soms een moeilijk gegeven. Het drinken van een of twee glazen alcohol vergroot de kans op aanvallen meestal niet. Toch zijn er wel wat dingen waar je op moet letten.

• Alcohol kan de werking van de medicijnen tegen epilepsie beïnvloeden. Bij regelmatig alcoholgebruik past jouw lever zich aan. Het enzymsysteem gaat beter werken, waardoor sommige medicijnen sneller afgebroken worden. Hierdoor werken de medicijnen minder lang of minder goed en bestaat er een kans dat er méér aanvallen optreden. 
• Alcohol kan ook de werking van medicijnen tegen epilepsie vertragen. Dan blijven de medicijnen langer in het bloed. Je krijgt als het ware een overdosis. Hierdoor worden de bijwerkingen van de medicijnen groter. Ook kan je je sneller dronken voelen. 
• Alcohol en uitgaan zijn zaken die vaak samengaan. Mag dat dan niet met epilepsie? Zeker wel, maar weet voor jezelf dat dit de kans op een aanval vergroot. Probeer een goede middenweg te zoeken tussen toch plezier hebben én goed zorg te dragen voor jouw epilepsie. 
• En wat met drugs? Druggebruik is sowieso af te raden, ook voor de algemene populatie. Ze leiden niet per definitie tot meer aanvallen, dit verschilt per persoon en per type drug. Het gebruik van activerende drugs (xtc, cocaïne,...) wordt zeer sterk afgeraden. Deze drugs maken de hersenen namelijk gevoeliger voor epileptische aanvallen en heffen bovendien de remmende werking van anti-epileptica op. Aanvallen na dit soort druggebruik zijn vaak heftiger tot levensbedreigend. 
• Softdrugs (cannabis,...) hebben een variabel effect op mensen met epilepsie: bij het roken van cannabis krijgt de gebruiker vooral THC en weinig cannabidiol binnen. THC kan ervoor zorgen dat epilepsieaanvallen verminderen, maar er ook juist voor zorgen dat ze toenemen.