Uitlokkende factoren
Aanvallen komen meestal onverwachts. Soms kan een aanval vaker voorkomen in een bepaalde situatie. Dit noemen we een uitlokker of trigger.
Deze uitlokkers zijn niet de oorzaak van de epilepsie, maar kunnen de kans op een aanval vergroten. De gevoeligheid voor een bepaalde uitlokker wisselt heel erg, zo zal slaaptekort bij de ene persoon sneller een aanval kunnen uitlokken dan bij anderen. Bepaalde uitlokkers zijn vrij specifiek en zullen enkel bij bepaalde mensen aanvallen kunnen uitlokken (zoals bijvoorbeeld lichtflitsen).
Sommige uitlokkers zijn algemeen
- Slaaptekort (vermoeidheid)
- Niet correct innemen van medicatie tegen aanvallen (anti-aanvalsmedicatie of anti-epileptica)
- Koorts of ziekte
- Overmatig alcoholgebruik
- Drugsgebruik
- Overmatige stress of spanning
- Hormonale veranderingen (~ menstruatie)
Voorbeelden van specifieke uitlokkers zijn
- Lichtflitsen
- Patronen
- Slaap of ontwaken
- Sterk of onverwacht geluid (reflexaanvallen)
Algemeen wordt een gezonde levensstijl met correct innemen van onderhoudsmedicatie (anti-aanvalsmedicatie), voldoende slaap, vermijden van overmatig alcohol,... aangeraden.
Door aanvallen te noteren in een dagboek, kunnen soms bepaalde patronen gezien worden.
Bij twijfel over bepaalde uitlokkers, kan het goed zijn om dit te bespreken met de behandelende neuroloog.
Een gevoeligheid voor lichtflitsen wordt in een minderheid van gezien (ongeveer 5% van de mensen met epilepsie). Dit wil zeggen dat aan aanval (of epileptische activiteit) uitgelokt kan worden door lichtflitsen, flikkerend zonlicht, .... Dit kan vaak ook op een EEG (met aanbieden van intermittente lichtflitsen) nagekeken worden.
Denk eraan: epilepsie wordt gedefinieerd door het herhaaldelijk optreden van "ongeprovoceerde" aanvallen en in de meeste gevallen is er geen verklaring voor het optreden van aanvallen.